Mijn heer en lieste hartge

Tag: Troepenbewegingen

Nog meer narigheid in Naarden

DatumPlaats
Geschreven12 september 1673Amsterdam
Ontvangen20 september 1673Hamburg
Lees hier de originele brief

Margaretha hoort dagelijks van schermutselingen tussen de twee troepen rondom Naarden. Omdat ze zich grote zorgen maakt om haar zoon, heeft besloten nog twee dagen in Amsterdam te blijven. Samen met haar schoondochter logeert ze daar, zodat ze het nieuws over Naarden beter kunnen volgen. De drost is kort bij het leger geweest en heeft verteld dat haar zoon elk kwartier druk is en geen rust heeft, overdag niet en ‘s nachts ook niet.

Nieuws uit Naarden

Het lijkt erop dat de Fransen wachten op versterking van buitenaf en er kunnen inderdaad troepen uit Overijssel of Zeist komen. In Naarden wordt er van binnenuit met musketten geschoten: een wanhopige poging tot verdediging. Maar het is zeker dat de vijand bijna al zijn troepen heeft samengebracht en het leger over de IJssel heeft gestuurd. Men zegt dat ze nu ongeveer 14.000 man sterk zijn.

Brieffragment over de schoten vanuit Naarden

die van binne schiete weijnich met kanon maer
heel seer met muskette hebbe haer vaendels op de
stats walle geset, het schijnt zij op ontset hoope,
tis seecker dat de vijant ontrent seijst al sijn
macht bij Een treckt sij hebbe haer voclk wt over=
ijssel en daer ontrent ontboode so veel se daer
konne misse, men seijt sij te seijst wel over de 14000
man sterck sijn, [donse hebbe Eergistere weer Een]

Gewonden, gevangen en doden

Twee dagen geleden was er een schermutseling. De troepen van Willem III bestonden uit ongeveer 200 man en hadden de overhand. Maar het noodlot sloeg toe, toen de vijand met ongeveer 2000 man een hinderlaag opzette. De Staatse troepen werden omsingeld, maar er werd dapper gevochten en velen konden ontsnappen. De majoor van het regiment is zwaar gewond geraakt, en er vielen ook doden. Aan beide kanten zijn mannen gevangen genomen.

Eerste brieffragment gewonden, gevangenen en doden
Tweede brieffragment gewonden, gevangenen en doden

[man sterck sijn,] donse hebbe Eergistere weer Een
reijnkontre1Rencontre: Min of meer toevallige ontmoeting tusschen twee vijandelijke strijdmachten ter zee of te land, ongeregeld gevecht, treffen. gehad wij waere maer over de twee
hondert die Een troep vande vijant ontmoete en

haer sloechge, doch sij hebbende noch ontrent 2000 man
in ambuskade2Embuscade: hinderlaag legge daerdonse niet op verdacht
waeren quame en omsingeldeese, daer donse haer
door sloechge en dapper vochte ent meest ontkoome
sijn troxses3Onbekend de Maijoor vant reesgement vande heer
van langeraeck4Frederik Hendrik van den Boetzelaar die donsevolck komandeerde is
swaerlijck gequetst de ritmeester heemskercke5Onbekend
doot en so gevangene als doode ontrent de sestich
gebleefve men seijt vande vijant niet min gebleef
sijn donse hebbe ongemeen wel gevochte maer
men geeft vrij wat schult aen ons offisiers dat
sij niet voorsichtiger geweest sijn van konschape6Kondschap: Kennis, inlichtingen
te neeme, [nu so komt schravemoor die hier bij bur]

Belegering en verovering van Naarden door de prins van Oranje, 12 september 1673. Op de voorgrond het transport van kanonnen. In het midden knielt de burgemeester van Naarden voor de prins die wordt omringd door zijn staf van officieren. In de verte het beleg en de bestorming van de stad.
Belegering en verovering van Naarden in 1673, Jan Luyken, 1680. Collectie Rijksmuseum.

Vijandelijke troepen opkomst

Maar dat was twee dagen geleden. Deze nacht hebben de troepen een deel van Naarden ingenomen, waar hevig gevochten is en opnieuw zijn veel mannen aan beide zijden gesneuveld. Er is bericht dat er nog veel meer vijandelijke troepen vanuit Utrecht richting Naarden gaan. Margaretha vreest voor het leger; een ontsnappingsroute lijkt bijna onmogelijk, dus zal er tot de dood gevochten moeten worden als Naarden zich niet overgeeft. Het zal veel inspanning vergen, en ze kan amper haar pen vasthouden van zorgen.

Zoetelende vrouw

Het goede nieuws is dat haar man heeft geschreven dat hij snel thuis zal zijn. Ze bidt tot God dat de reis spoedig en zonder problemen zal verlopen. Het zou goed zijn als hij eindelijk thuis is, want als zijn regiment zonder kolonel blijft, vreest ze dat het ten onder zal gaan. De ene officier heeft geen flauw idee waar hij mee bezig is en gebruikt geweld, de andere laat sjoemelt met geld en zijn vrouw zoetelt bij Nieuwersluis. Zoetelen is een mooi woord voor het drijven van een handeltje in proviand.

Brieffragment zoetelende vrouw

[=we en hoope,] wt uhEd vande 5 deeser sien ick deselfve
staet maeckt om nu in korte thuijs te sijn godt de
heere wil uhEd Een geluckige en spoediege reijse geefe
het sal wel goet sijn dat deselfve hier waert want
so sijn reesgement langer sonder kornel blijft
vreese ick dat het selfve heel te niete sal gaen want
weddel7Georg Ernst von Wedel so ick hoor slaet en smijt onder de offisiers
met onverstant en staet hier ock maer tamelijck
wel te hoof, kapteijn Miltenaer8Onbekend die teminck so
wel voor sijn gelt alst geene uhEd hem heeft gedaen
heeft doen maene en aenspreecke heeft hem niet
gegeegve seijt noch paesijensi te moete hebbe tot dat
hij weer gelt ontfanckt, sijn vrou soetelt9Zoetelen: Proviand, vaak ook toebereide eetwaar slijten inz. aan militairen te velde aende
nieuwer sluijs verkoopt bier en alderhande Eet
waere aende soldate, [lorijn de luijtenant vande heer]

Vrouw zit achter tafeltjes met kannetjes en ze spreekt drie mannen met hoeden, en zwaarden aan die voor haar tafeltje staan.
Fragment uit Drankverkopers, anoniem, naar Cornelis de Wael, 1613 – 1667. Collectie Rijksmuseum.

Het arme beest

En dan, het verdrietige nieuws dat nog eens bovenop alle ellende komt: het hondje Citroen is overleden. Het arme beest wilde vier dagen niet eten en was erg ziek. Ze had een zweer aan haar buik. Ook de kleinkinderen Frits en Tietje zijn erg bedroefd. Maar het is duidelijk dat het voor Margaretha zelf ook enorm zwaar valt. Ze heeft veel vriendschap voor het hondje gevoeld.

onse Arme sijtroen, naer datse
4 dage niet heeft wille Eeten
en heel sieck was issij aen Een
sweer in diessij onder aenden
buijck had gistere merge hier ge=
storfve, is van frits en tiege
beweent, mij jamert het
arme beest noch daer ick
so veel vrienschape van ge=
=hadt heb

Een jonge vrouw zit op een stoel en laat haar hand besnuffelen door een klein hondje dat tegen haar linkerknie opspringt. In de rechterhand houdt zij een stokje.
Jonge vrouw met een hondje, Eberhard Cornelis Rahms, naar Eglon van der Neer, 1861. Collectie Rijksmuseum.

De herovering van Naarden

DatumPlaats
Geschreven9 september 1673Amsterdam
Ontvangen13 september 1673Hamburg
Lees hier de originele brief

De brief van 9 september is verstuurd vanaf Amsterdam. Ontvanger Uyttenboogaard heeft namelijk tegen de drost gezegd dat hij de ordinantie niet kan betalen, en ook geen termijn kan geven, waarop Margaretha naar Amsterdam vertrokken. Ze wilde er wat druk achter te zetten. Ook is er zeer belangrijk nieuws uit Naarden… En Van Ginkel is erbij betrokken!

Geld en mannen

Het is heel fijn dat de troepen van Godard Adriaan inmiddels gearriveerd zijn, maar het maakt het dagelijks leven wel ingewikkeld. Margaretha had al moeite om de financiën van haar man en haar zoon bij te houden, nu komt dit regiment er ook nog bij. Het is de vraag wie al geld gehad heeft en waarvoor. Daarbij kunnen deze mannen ook weer uit verschillende potjes betaald worden. Gelukkig is er de oude vertrouwde Temminck waar Margaretha op kan rekenen, of dat bij alle officiers van de troepen ook zo is, vraagt ze zich serieus af.

Twee mannen, links de geldschieter met een vos met een vogel in de bek en rechts de burger met een hond.
De geldschieter en de burger, anoniem, 1700 – 1800. Collectie Rijksmuseum

Daarnaast is het de vraag welke troepen waar zijn en hoeveel man er nu echt zijn. Los van het feit dat er verschillende varianten zijn over de aantallen van de geleverde mannen, zijn goede manschappen ook bij andere regimenten zeer gewenst. Margaretha is er inmiddels achter dat meerdere mensen de mannen van Godard Adriaan claimen.

Margaretha schrijft alles minutieus op, hopelijk kan Godard Adriaan het nog volgen.

Brieffragment troepen, betaling, demissie, bandelieren en vaandel

[wat dichter bij] ock hebbenderseer veel siecke onder
die kompange geweest die meest al beetere, ick
heb bij provijsie tot betaeline van de 25 man 50f
aen gelt gesonde door den drost diet selfve aende
sergant jochem nicklaij1Onbekende sergeant heeft gegeefve en belast
alleen die 25 man daer meede te betaelle,
uhEd sal nu sijn demissie2Demissie: Verlof om uit de dienst te vertrekken om thuijs te koome hebe
ontfange, ick heb volgens uhEd schrijfve van Eerste
deeser noch 50 bandeliere3Bandelier: Een door musketiers dwars over den schouder gedragen riem, waaraan een zeker aantal houten of metalen kruidmaatjes waren vastgehecht; later werd aan den bandelier de patroontasch gedragen bestelt te maecke en
salt korlonels vaendel hier aent huijs vande
drost bestelle, [nu leijt sijn hoocheijt met het]

Een volwassen vrouw. Ze zit aan een tafel en telt geld uit een beurs.
Vrouw die geld telt, Jan Chalon, 1793. Collectie Rijksmuseum

Margaretha legerfinancier

In haar vorige brief vroeg Margaretha zich nog af of ze de troepen uit eigen zak moest betalen. Nu heeft ze de knoop doorgehakt. Ze heeft 50 gulden gereserveerd voor betaling van 25 man. De drost moet het geld aan een sergeant te gegeven, die ALLEEN deze 25 mannen daarmee mag betalen, en niets of niemand anders.

Maar dat is niet het enige dat Margaretha voor het leger doet. Ze laat op bestelling vijftig bandeliers maken en is nog van plan een kolonelsvaandel te laten maken.

Beschrijving staat in het bijschrift
Bandelier of schelkoord (fragment) van groen zijden ripslint, met florale motieven geborduurd van zilverdraad en vloszijde, aan uiteinde ornament met afhangende slingers, rondom afgezet met lusjesfranje van metaaldraad, anoniem, ca. 1700 – ca. 1750. Collectie Rijksmuseum

Willem III met het leger voor Naarden

Willem III ligt met het leger voor Naarden. De stad, die vorig jaar juni door de Fransen is ingenomen, is op dinsdag 5 september omsingeld. In de eerste dagen van september zijn troepen met uitleggers naar Naarden gebracht. Margaretha schrijft niets over uitleggers, maar ze wist op 1 september al wel te melden dat er iets groots op handen leek te zijn. Willem III heeft de stad opgeëist, maar de Fransen geven zich nog niet zo gemakkelijk over. Tot nu toe zijn de Staatse troepen nog bezig geweest met het op orde stellen van het geschut, maar Margaretha gelooft dat de beschietingen van de vesting vandaag van start zullen gaan.

Brieffragment Willem III voor Naarden

[drost bestelle,] nu leijt sijn hoocheijt met het
leeger voor naerde dat de heer van ginckel
voorleeden dijnsdach heeft berent4Berennen: Het insluiten van een plaats, zodat die plaats belegerd kan worden sij begrae
fven haer daer voor sijn hoocheijt heeft de stat
doen op Eijschen dan hebbe geantwoort hetsel
=fve te wille defendeere, tot noch toe sijnse beesich
geweest met de baterije5Batterij: Een verzameling geschut te stelle so datter noch
niet op is gekanoneert maer gelooft me dat
vandaech begine sal, [de heer van ginckel]

Op de achtergrond Naarden. Op en om de wallen de rook van kanonnen. Helemaal op de voorgrond wat verschanste soldaten met kanonnen die naar de stad schieten. de baan van de kogel staat met een streepjeslijn aangegeven. Tussen de verschanste soldaten een zigzag loopgraaf naar de stad vol met soldaten.
Belegering en verovering van Naarden (detail van de beschietingen), 1673, Jacobus Harrewijn, 1684. Collectie Rijksmuseum

Van Ginkel op de linkerflank

Margaretha heeft begrepen dat haar zoon het commando voert op de linkerflank. Hij heeft het zo druk; hij heeft nog geen dag rust gehad! Hij heeft laatst 40 uur achter mekaar op zijn paard gezeten en is oververmoeid. Ze hoop dat de Heer hem sterkt en gezondheid geeft en hem zal bijstaan.

Levensgrote cartoon van een charmante jonge man in een blauw harnas met lang, golvend rossig haar en een witte sjaal om. Hij staat met zijn linkerbeen ergens op en zijn linkerhand rust op zijn been, zijn rechter hand rust op een zwaard.
Godard van Reede van Ginkel in het Vestingmuseum Naarden.

Brieffragment Van Ginkel op de linker flank

[vandaech begine sal,] de heer van ginckel
komandeert so mij geseijt wort de lincker vleu
=gelt vant leeger en heeft so veel te doen dat
hij nacht noch dach rust heeft heeft 40 Eure
te paert geseete, hoope de heer almachtich hem
sterckte en gesontheijt sal geefve om deese
swaere fatijgees6Fatigeren: Vermoeien te konne wtstaen voor waer
het komter op aen, [den vijant seijt me dat noch]

Plattegrond van Naarden omsingeld door de troepen van Willem III. Rechts een regiment dat omcirkeld is.
Belegering en verovering van Naarden door de prins van Oranje (detail, met door de auteur groen omcirkeld Van Ginkel met zijn troepen), 1673, Romeyn de Hooghe, 1673. Collectie Rijksmuseum

Fransen, Spanjaarden en broodbakkers

Hoewel het erop lijkt dat het Staatse leger bij Naarden een klinkende overwinning zal behalen, is er nog geen eindoverwinning in zicht. Het Franse leger is nog zeer goed vertegenwoordigd in de bezette provincies en lijkt met geweld een troepenmacht te verzamelen. Men vreest voor een aanval op het Staatse leger. En dan zijn er nog de Spanjaarden, notabene de bondgenoten van de Republiek, die de schaarse levensmiddelen innemen zodra de schepen aanmeren! Ze willen niet eens betalen. Naast gebrek aan overige levensmiddelen, is er gebrek aan brood. Daarom zijn alle bakkers nu gelast dag en nacht voor het leger te bakken.

Eerste brieffragment Fransen, Spanjaardetn en broodbakkers
Tweede brieffragment Fransen, Spanjaardetn en broodbakkers

[het komter op aen,] den vijant seijt me dat noch
wel inde 40000 man inde ge veroverde provinsie
sterck is en dat se haer volck met gewelt
bij Een trecke so dat men vreest sij noch Een

Efort op ons leeger sulle doen, de spaense maecke groote
dees ordere, alser scheepe met vijfvrees en andere
behoefticheede in ons leeger koome so haellen sijtter
wt en koopent sonder te wille betaelle, waerom
de toevoer so groot niet is alser wel noodich
waer, en se somtijt broot gebreck hebbe nu is hier
aen al de backers gelast nacht en dach voort
leeger te backe en worter gesonde, [ick Maestri]

Portretten van de Leidse bakker Arent Oostwaard (Arend Oostwaert) en zijn vrouw Catharina Keizerswaard (Catharina Keyzerswaert) met allerlei verschillende soorten vers gebakken brood (broodjes, krakelingen, kadetten, duivekater) voor de bakkerij. In de deur van de bakkerij blaast een jongetje op een hoorn. Volgens een opschrift op de achterzijde van het schilderij gaat het hier om het zoontje van de schilder, Thaddeus, op 7 jarige leeftijd. Boven de deur groeien wijnranken.
Bakker Arent Oostwaard en zijn vrouw Catharina Keizerswaard, Jan Havicksz. Steen, 1658. Collectie Rijksmuseum
Links staat een bakker deeg te kneden voor het raam, een weegschaal boven zijn werkbank. Achter hem een man die takkenbossen verzameld voor de over waar de vlammen uit slaan, daarachter staat een vrouw met een mandje. Daaronder de tekst: O schepper van het lieve brood, tot voetsel van het tijd'lick leeven, hoe heeft uw mildheidt ons genood,  om ons uselfs tot brood te geeven, o brood dat uit den heemel viel, versaadigd ghij dan onse ziel
Bakker, Jan Luyken, 1694. Collectie Rijksmuseum

Troepen in Amerongen

Maastricht is in elf dagen door de Fransen op de Republiek veroverd, hoe lang zal het nu duren voordat het Staatse leger Naarden op de Fransen verovert? Hopelijk staat de Heer ons bij. Margaretha zegt het niet met zoveel woorden, maar ze hoopt dat het allemaal snel voorbij is. In Amerongen zijn namelijk ook troepen gesignaleerd, en het schijnt dat er beesten gevorderd worden. En er was al niet veel meer over in het dorp…

Brieffragment over Amerongen

[leeger te backe en worter gesonde,] ick Maestri
hebbe de franse van ons in Elf dage gekreechge
hoet ons hier voor naerde gaen sal moete wij
sien de heer wel ons bij staen en sijne seegen
geefve, de partije loope tot Ameronge toe daer al
beeste vandaen hebbe gehaelt, so dat nu weer
op nieu alles bedurfve wort watter noch over
is gebleefve, [het doet mij leet dat het ter plaet]

Op het moment dat ze haar handtekening onder de brief van 9 september zet, heeft Margaretha maar liefst zes kantjes volgeschreven. Maar ze heeft nog meer te melden, want ze voegt nog een los briefje toe. Bij Wijk bij Duurstede schijnt de vijand een brug te hebben geslagen. Zouden ze de Betuwe zich willten terugtrekken? Ze hebben in ieder geval flink in de omgeving geplunderd. In Amerongen wonen nog maar drie inwoners: Teunis Huijbertse, de secretaris en ene Jan Evertse. Wat een ellendige oorlog is dit toch…

Zicht op Wijk bij Duurstede over de Lek. Op de voorgrond de rivier, in het midden de kerk met de stompe toren, links het nog volledig staande kasteel Duurstede, rechts het stadje met twee molens en een kade.
Gezicht op Wijk bij Duurstede, Adam Frans van der Meulen, 1672. Collectie Mobilier National Frankrijk

Zware en secrete besognes

DatumPlaats
Geschreven1 september 1673Amerongen
Ontvangen6 september 1673Hamburg
Lees hier de originele brief

Margaretha heeft veel te vertellen. Er is gedoe over secrete én zware besognes, en natuurlijk ook weer over geld. Gelukkig is wel goed goed nieuws vanaf het front. Het lijkt er op dat er iets groots op handen is. Gaat Utrecht ontzet worden? Het is nog onduidelijk wat er precies gaat gebeuren, maar het zal groots zijn. Aan het eind van de brief nog meer goed nieuws: op zee is de victorie behaald!

Secrete besognes

In haar vorige brief waarschuwde Margaretha Godard Adriaan dat één van de door Godard Adriaan geworven officiers een brief op hoge poten aan de Staten heeft geschreven. Volgens de officier zou hij nog geen geld ontvangen hebben van Godard Adriaan. De informatie was afkomstig van Caspar van Kinschot.

In de brief van 1 september komt Margaretha hier op terug. Ze vindt het goed dat Godard Adriaan zelf een brief aan Van Kinschot heeft geschreven, maar een reactie heeft hij blijkbaar niet ontvangen. Wellicht dat hij hierover tegen Margaretha geklaagd heeft.

Van Kinschot heeft in ieder geval zijn excuses aangeboden. Hij kon niet reageren omdat hij het enerzijds ontzettend druk heeft met allerlei zaken en anderzijds durfde hij niet. Omdat hij de Eed van de Secrete Besognes had afgelegd, mocht hij geen belangrijke zaken mededelen. Hij was bang dat Godard Adriaan hem dat niet in dank af zou nemen. Dus schreef hij maar niets.

Brieffragment over betaling geworven officiers

tis heel goet uhEd den heere kinschot1Caspar van Kinschot selfs gean
twoort heeft, sij vreese ock aen dien kapteijn koc
kop Een banckroet te hebbe, kinschot heeft
voor deese al Exskuse gemaeckt dat hij aen
uhE niet en schrijft Eensdeels om sijn meenichvuldi
=ge affaere2Zaken en ten andere om dat hij inde Eet
vande seekreete besoeijngees3Geheime zaken is vreesende uhEd
niet wel sou neeme dat hij d niet van inpor
tansie schreef en den Eet leijt so strickt dat
hij niet derft[, hij komt teegenwoordich heel]

De man draagt een hoed met een veer, daar steekt peenhaar onderuit. Hij heeft een grote, platte kraag met een geschulpte kanten rand. Hij draagt een wijde broek met een streep op de zijkant en breed uitlopende laarzen met strikken op de voet. In zijn hand een wandelstok. Op de achtergrond mensen voor een bouwvallige poort.
Staande officier met wandelstok, van opzij gezien, Salomon Savery, naar Pieter Jansz. Quast, 1630 – 1665. Collectie Rijksmuseum
Een man in militaire uitdossing (een luitenant-kolonel), ten voeten uit, een zwaard aan zijn gordel, een stokwapen (partizaan) in zijn rechterhand. Op de achtergrond een heuvelachtig landschap waarin een stad belegerd wordt.
Luitenant-kolonel, Jacques de Gheyn (II), naar Hendrick Goltzius, 1700 – 1725. Collectie Rijksmuseum

Zware besognes

Tegelijkertijd wordt er bij Prins Willem III vergaderd over de militie. Dat zijn zware besognes, met andere woorden: moeilijke aangelegenheden. Velen die deelnemen of hebben genomen aan de vergadering zijn ziek geworden. Er zijn er zelfs al twee gestorven! Zo zwaar vallen de aangelegenheden dus… Margaretha vindt het trouwens wel gek dat er over betaling van de militie wordt vergaderd. Volgens haar is dat helemaal niet nodig en wordt er prima betaald. Vooral de milities die afkomstig zijn uit het buitenland worden goed betaald, schrijft Margaretha met een verbitterde ondertoon. Alleen de hoge ambten worden niet betaald.

Brieffragment zware besognes

[heere hop is noch te Amsterdam seer qualijck,] al
de heere die in die komisie koome worde sieck
daer sijnder al twee van gestorfve, men seijt
die besoeijngees4Besognes: Zware aangelegenheden te swaer valle, ick weet niet
waer de offisiers nu over de quade betaeli
konne klage daer hebbense geen reedene
toe insonderheijt de vreemde naesie se worde
alle pront betaelt dan ick sien dat die
mense haer selfve niet wel konne behelpe
of redde, de hoochge schersgees5Ambten worde
niet betaelt insonderheijt aende ingeseete
=ne vant lant de andere krijge nu en dan
noch al wat[, met de laeste post is uhEd]

Geld

De demissie voor Godard Adriaan is verstuurd. Ontvanger Uyttenboogaard heeft Margaretha hoop gegeven dat de demissie ook daadwerkelijk betaald gaat worden, en wel komende week. Zodra het geld binnen is, zal het naar de ‘jonge Temminck’ in Amsterdam gaan. De bankiers familie Temminck regelt de financiële zaken van de familie. De lijnen zijn kort en ze kennen elkaar goed. In de brieven komen naast Temminck ook de oude en de jonge Temminck voor. Hij zal er dan voor zorgen dat Godard Adriaan dat dan via een wissel op kan nemen.

Brieffragment geld

[noch al wat,] met de laeste post is uhEd
demissie6Ontslag uit dienst vande generaEliteijt afgegaen
die uhEd buijte twijfel vandaech of
merge sult ontfange, den ontfanger
wt den boogaert heeft mij hoop gegeefve
van de ordinansi ter som van 2500f inde
toekoomende weeck te betaelle, so haest
het gelt ontfange is salt selfve onder
den jonge teminck tot Amsterdam geleij
worde, om bij uhEd te trecke[, sijn hoocheijt is]

Een compagnie cavalerie loopt van ons weg in een vage verte. We zien paarden op de kont, op hun rug mannen met hoeden met veren en getrokken zwaarden. Midden tussen de mannen rijdt de trompeter.
Optrekkende troepen, Jacques Courtois Le Bourguignon, 1631 – 1675. Collectie Rijksmuseum

Troepenbewegingen

Prins Willem III beweegt zich met zijn troepen ergens tussen de Baronie van Breda en de Meierij van Den Bosch. Verder zijn er geruchten dat een gedeelte van de ruiterij zich ergens rond het huis van Cornelis Tromp in ‘s-Graveland ophoudt. Er zou een brug over de rivier de Eem geslagen zijn. Wat wel zeker is, is dat er troepen in Amsterdam gearriveerd zijn. Men vermoedt dat Utrecht eerdaags een aanval te verduren krijgt. Er zou iets groots op handen zijn… De graaf van Waldeck zou met de troepen uit ‘s-Graveland komen, en Willem III zou zich via Gorinchem bij de troepen van de graaf van Waldeck voegen. Margaretha hoopt dat het geluk nu eens aan de kant van de Republiek staat.

Eerste brieffragment troepen Willem III
Tweede brieffragment troepen Willem III

[worde, om bij uhEd te trecke,] sijn hoocheijt is

met het leeger wt de langestraet7De Langstraat ligt ten noorden van / tussen de Baronie van Breda en de Meierij van Den Bosch, tot Napoleon viel het onder Holland, nu onder Noord-Brabant voorleedene
maendach smergens vroech op gebroocke en
savonts tot oosterwijck8Er ligt een Oosterwijk ten westen van Leerdam in Utrecht en je hebt Oisterwijk ten oosten van Tilburg. Beiden zijn onlogisch op weg van De Langstraat naar Werkendam. Mogelijk bedoelt Margaretha Oosterhout gekoome alwaer tot
Eergistere hebbe geleege en so men seijt is
doen tot werckendam gekoome, de geruchte
gaen hier als of Een ander gedeelte van
onse ruijterij en ock Eenich voet volckere
gistere in’t schravelant ontrent het huijs
van de heere tromp soude sijn gekoome en
datter Een bruch over de Eem soude geslage
sijn, daer is doch hier is geen seeckerheijt
van maer wel datter Eenichge ruijterij
tot Amsterdam geamberkeert is,9Embarqueren: Aan boord gaan of brengen het vermoede is oft wel
op wttrecht mochte gemunt sijn en dat
den graef van waldijck vande Eene kant
met dat volck dat men seijt int schraefve
lant te sijn, en sijn hoocheijt aende ander
sijde bij gorckom heen sou koome, datter
Eits groots op hande is, is seecker [de heer al]

De lachende keukenmeester staat met een grote kom rode wijn in de handen achter een tafel waarop allerlei soorten eten liggen uitgestald: gevogelte, kwartels, een eend, een kalkoen, vissen, makrelen, kaas, pasteien, broodjes, worsten, hammen, een duif, een rode zeebrasem en een varkenspoot. Vooraan ligt een spel kaarten en enkele geldstukken.
Keukenstuk, Meester van de Amsterdamse Bodegón, 1610 – 1625. Collectie Rijksmuseum

Een paterstuk voor Van Ginkel

Van Ginkel is vereerd door Willem III. Hij was namelijk uitgenodigd om een stuk vlees te komen eten, een zogeheten paterstuk. Nu maar hopen dat de prins hem niet alleen op een dinertje trakteert, maar ook op een mooie functie. Het liefst die van commissaris-generaal.

Brieffragment paterstuk

tis vandaech achdaechge dat sijn hoocheijt hem
de Eer heeft gedaen van hem door den heer van
ouwerkercke10Hendrik van Nassau Ouwerkerk te laete segge dat hij
smiddaechs Een paterstuck11Paterstuk: Vierkant stuk vlees van een koe bij hem wilde
koomen Eette gelijcke hij met Een deel spaense
offisiers gedaen heeft, en was sijn hoocheijt
heel wel te vreede en insijn schick, de heer
van ginckel heeft deese soomer weer het komisaer
=rischap scheeneraelsch in plaets van mompel=
=ijan die in vrieslant en hier inde haech is geweest
, bedient wil hoope het Eens in konsideraesie
sal genoome worde[, waeren wij nu maer deese]

Veldslag met grote zeilschepen. Tussen de schepen de rook van de kanonnen. Boven in de masten fier de dubbelen prinsenvlag en de blauwe Engelse vlag. Rechts voor staat een schip in brand, midden voor een sloep en tussen het brandende schip en de sloep mensen die zich vasthouden aan wrakhout of verzuipen.
‘De Gouden Leeuw’ in gevecht met ‘The Royal Prince’ tijdens de Slag bij Kijkduin van 21 augustus 1673, Abraham Storck, eind 17e eeuw. Collectie Royal Museums Greenwich. The Royal Prince draagt de blauwe vlag van admiraal Spragg. De Gouden Leeuw is het schip van Luitenant-admiraal Tromp.

Soldaten en zeelieden

Goed nieuws van het front neemt Margaretha nog snel op in het ps. De Münsterse troepen zijn uit Friesland verdreven en op zee is de strijd in het voordeel van de Republiek beslist. Admiraal Edward Spragg is gesneuveld. De dood van vice-admiraals Isaac Sweers en Johan de Liefde noemt Margaretha niet. Wel schrijft ze dat veel zeelieden hun benen of armen kwijt zijn. Of allebei. Ach, die ellendige en miserabele mensen…

Brieffragment soldaten en zeelieden

die munsterse die in vrieslant
ingebroocke waere sijn so ge
seijt wort daer met schande
een verlies van volck weer wt
gedreefve, den Admirael
sprach12De Engelse admiraal Edward Spragg vande blauwe vlach 13Engelse schepen (m.u.v. het koningshuis en enkele officieren) voeren niet de Union Jack, maar een blauwe vlag
vande Engelse is seeckerlijck
doot gebleefve, het jacht
vande koninck van Engela
=nt dat met Eenige sereeschijn
om de gequetste int konins
vloot te verbinde was af
gesonde is in onse vloot ge=
=valle, en bij de onse op ge=
brocht, tis seecker dat de
vicktoorij die wij nu weer ter
see hebbe gehadt seer groot
is, maer wij hebbe ock seer
veel Elendige en misera
=bele mense deen sonder
beene en dander sonde arme
en ock die beene en arme
beijde quijt sijn thuijs ge=
kreechge tis Een miseerij te
hoore, de heer vergeeft het haer
die hier oorsaeck van sijn

Oude lap stof, donker vaal blauw met in de rechter hoek een stuk versteld. Linksboven een wit vierkant met daarin een rood kruis.
Fragment van een Engelse scheepsvlag, ‘Blue Ensign’, anoniem, ca. 1630 – ca. 1707. Collectie Rijksmuseum. Deze vlag is veroverd door de Hollanders op ‘the blue squadron’ onder commando van Edward Spragge tijdens de Slag bij Kijkduin, 21 augustus 1673. Het witte vlak met het rode kruis is het St. Georges kruis.

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema gemaakt door Anders Norén