Datum | Plaats | |
Geschreven | 9 april 1673 | Den Haag |
Ontvangen | 15 april 1673 | Hamburg |
Lees hier de originele brief |
Margaretha is blij dat de post weer een beetje loopt. Brieven komen weer sneller, maar er mist nog wel wat. In Den Haag zijn ze druk met de brandschatting voor Middachten. Kennelijk heeft Kinschot daar wat mee te maken, maar die is in Groningen. Voordat er iets betaald kan worden, moet Van Ginkel kunnen bewijzen dat hij de rechten heeft op het kasteel. Die papieren zijn vlak voor het rampjaar in veiligheid gebracht, maar zitten dus ergens in een kist tussen de opgeslagen spullen in Amsterdam. Dus Van Ginkel moet naar Amsterdam om eens in de papieren te duiken.
[ontfange,] de quitansie vande heer en vrou van ginck
sal niet in versloft worde dat die tot noch toe
niet is genoomen, is de oorsaeck dat men kinschot
niet heeft konne te spreecke koomen dier noch
te greunine is, en ten anderen dat de heer van
ginckel sijn pampiere die te Amsterdam sijn moet
nae sien of hij geen ocktroij vant hof van gelderlant
of den leen heer aldaer heeft om sijn goet te mooge
beswaeren , ock sijn de oblijgaesie die wij van hem
hebbe almeede te Amsterdam [en sal mijns oordeels]
Voorraad
Kennelijk heeft Godard Adriaan Margaretha gevraagd om een Parmezaanse kaas te bestellen. Hij is nog niet aangekomen, maar ze wil wel vast weten wat ze ermee moet doen. Margaretha heeft nog wel wijn liggen in de kelder van wijnkoper Brant, maar zodra ze die gaat consumeren, moet ze er accijns over betalen. En het gaat om nogal wat wijn. Ze goochelt een beetje met oude maten: een aam (155 liter) een okshoofd (220 liter), een verendeel (veerdeel: vier keer een hoeveelheid). Dat veerdeel blijft vrij cryptisch. Als ik het omreken op basis van haar betalingen is het veerdeel 80 pond. En dan is een oud pond iets minder dan ons pond: 480 gram, toch nog ruim 38 kilo boter. Dat boter, kaas en wijn zo groot ingekocht werden, was bij de rijkere bevolking van de Republiek niet ongebruikelijk.
Ook heeft Godard Adriaan om een blikken servies gevraagd, dat wordt nu gemaakt en daarna zal Margaretha het zo snel mogelijk naar Hamburg sturen.
moet , de permisaense kaes sal ick verwachte ock wat
uhEd daermeede belieft gedaen te hebbe, inde kelder
van brant de wijnkoope hebbe wij Een oxshooft1Een okshoofd was ongeveer 220 liter en
een stuck van twee aeme2Een aam was ongeveer 155 liter rinse wijn legge, die ick
daer omden swaere inpost te ontgaen niet weetende
waer wij die sulle geniete doen legge, franse wijn
heb ick niet alst oxshooft daer van drincke dat al opgeleijt
is, die kost hier booven den inpost 90 en hondert gul
het oxshooft,vookoutou3Ze bedoelt een Coteaux: dit is waarschijnlijk een zoete witte wijn van de hellingen (coteaux=hellingen) wijn, voor de booter heb ick
36f het verendeel dat is 9 stuij het pont sonder den
inpost betaelt de kaes gelt hier het hondert pont 20f
, het blick serviese heb ick bestelt te maecke kan voor in
laest vandeese weeck niet gereet sijn salt dan so haest
alst doenlijck is sien op hamburch te bestelle, [nu weer]
Nogmaals de Acte van Garantie
Margaretha zit toch nog in haar maag met het verzoek van raadpensionaris Fagel om de brand en de aanvraag voor vergoeding voorlopig stil te houden. Ze heeft alles nog eens goed bestudeerd en ze is tot de conclusie gekomen dat ze gewoon recht hebben op die vergoeding. Het is haar ook eindelijk gelukt om de raadpensionaris’ broer, griffier Fagel, te spreken en hij is het helemaal met haar eens dat degenen die verantwoordelijk zijn voor de uitbetaling op de hoogte moeten zijn. Margaretha heeft de griffier gevraagd of hij hier met zijn broer over zou willen spreken. Hij is zo druk dat ze niet durft hem lastige te vallen en ze durft ook niks buiten hem om te doen, vooral omdat het zo’n goede vriend van Godard Adriaan is. Margaretha belooft dat zodra ze antwoord van de griffier heeft, ze hun zoon en Zijn Hoogheid informeert. De prins heeft immers beloofd te helpen.
[van onse affaerees alhier,] terwijlle men so veel vande
vreede handelin4De voorbereiding voor de vredesbesprekingen spreeckt ben ick niet gerust int segge
van de r p fagel dat ick alsnoch van ons ongeluck int
afbrande van onse huise soude stilswijge ent selfve den
staet niet bekent maecken, maer heb de ackte van garant
Eens met bedaerde sinne naer gesien en bevonde dat die
teenemael spreeckt op de goedere ondert gebiet vande genee
raEliteijt toe behoorende de geende die int vijants dienst
sijn en blijfve beloofvende in kas5Cas: geval van vreede handelin
te versorchge uhEd persoon en verseeckert en onse schade soude vergoet worde, daerom
mij dunckt niet langer te moeten stilstaen ben gistere
bij den griffier fagel geweest en hemt selve voorgehou
=de en versocht den heere r p hier over te spreecke vermidts
sijn meenichvuldige affaerees6Affaires: zaken dat ick hem niet derfde moij
lijck valle en niet gaeren Eits soude buijte sijn kenisse
tenteer weetende dat hij Een sonderlin goet vrient van
uhEd en ons huijs is daer in ick badt dat hij wilde konti
niweere, den griffier heeft dit aengenoome te sulle
doen enmijn antwoort te brenge heb hem het reequest7Request: verzoek in de vorm van een geschreven stuk dat
ick hier over soude preesenteere in hande gegeefve om
sijn broer te laete sien, hij oordeelde ick groot gelijck
hadt nu te spreecke op dat de pleijne potensiaerise8Plenipotentiaris: Gevolmachtigde, iemand die door een andergemachtigd is te handelen daer
Eenige last van mochte krijge, so haest9Haast: snel ick antwoort van
hem heb sal de heer van ginkel sijn hoocheijt hier over spreecken en sijne behulpelijcke hant hier in versoecken
Boter op zijn hoofd
Met Godard Adriaan gaat het gelukkig steeds beter, alleen nu is zijn secretaris Blanche niet helemaal fit. Er zijn brieven van de keizer binnen gekomen. Hij geeft aan dat hij teleurgesteld is over de militaire acties van zijn leger en dat hij bij een volgende inzet aan zal geven dat ze het beter moeten doen. Als de Prins van Oranje vraagt om een inzet. Hij zal de Keurvorst dan ook verzoeken om hetzelfde te doen. Hij vraagt de Republiek alleen wel om niet in te stemmen met een wapenstilstand. Margaretha lijkt hier tevreden mee te zijn, want ze gaat door met het nieuws uit Engeland. Zou Margaretha niet weten dat het juist de gezant van de Keizer was die de militaire acties frustreerde of is ze, vooral omdat ze weet dat de post geopend wordt, de wijste en laat niet het achterste van haar tong zien?
[over hamburch of Sel sal neeme,] vandaech sijnde briefve vande keij=
=ser gekoome die sijn misnoechge met sijn eijgen hant geschreefve toont
overt ageere10Ageren: militair optreden, krijgshandelingen verrichten van sijn keijserlijcke troepees datse niet beeter gedaen
hebbe so geseijt wort met verseeckerin dat hijse sal intoekoomende doen
ageere daer sijn hoocheijt en den staet sal goetvinde en den keurvorst
daertoe versoecke het selfve van gelijcke te doen alleen versoeckende
wij tot geen stilstant van wapenen soude verstaen, [wt Engelant]
En nog een keer de Acte van Garantie
Vlak voor de brief weg gaat, kan Margaretha al terugkomen op de Acte van Garantie. Om het hele verhaal kwijt te kunnen, stopt ze een extra papiertje bij de brief. De griffier heeft de raadpensionaris gesproken en die heeft de papieren gelezen. Hij blijft alleen bij zijn mening dat Margaretha nog geen actie moet ondernemen. Hij belooft dat hij er persoonlijk voor zal zorgen, dat de Acte van Garantie uitgevoerd zal worden vóór de vrede getekend wordt. Daar legt Margaretha zich voorlopig bij neer. Ze informeert haar zoon en Stadhouder Willem III vooralsnog niet, maar wacht wel op expliciete orders van haar man.