Datum | Plaats | |
Geschreven | 6 maart 1673 | Amsterdam |
Ontvangen | 16 maart 1673 | Minden |
Lees hier de originele brief |
Eindelijk heeft Margaretha een brief gekregen van de secretaris. In deze brief doet hij uitgebreid verslag van wat er nou die 21e februari precies gebeurt is. En Margaretha geeft dat weer door aan haar man. Zonder omhaal, zonder franje, zonder drama, gewoon, het verslag.
De bewoners van het dorp hebben nog geprobeerd geld te bieden en hebben gebeden dat het huis mocht blijven staan. Het mocht helaas niet baten. De ruiters zijn effectief te werk gegaan. Eerst werd het huis van boven tot onder gevuld met brandbaar materiaal (takkenbossen) en vervolgens hebben ze het verdieping na verdieping, van boven naar beneden in brand gestoken. Ook de gebouwen op de voorburcht (daar stonden de bijgebouwen zoals bijvoorbeeld de stallen) zijn allemaal afgebrand. Behalve het hondenhok.
De muren van het bovenhuis, het kasteel zelf, staan nog overeind. De tuinen en de bomen om het huis heen schijnen niet beschadigd zijn.
Mijn heer en lieste hartge
seedert mijne laeste heb ick briefve vande seeckretaris van
Ameronge ontfange, die schrijft dat de franse Een Edel
=man met 10 a 11 ruijters op den 11/211De dubbele datering heeft te maken met de overgang van de Juliaanse naar de Gregoriaanse kalender febrij naer Ameron
hebbe gesonde, die daer koomende niet teegenstaende der
Eenige huijsliede waeren die Een goede some gelts pree
senteerde en baeden dat het huijs mochte gekonserveert
blijfve dat niet kost helpen, maer sij hebbe aenstonts
tackebosse gedragen tot int boovenste vant vant huijs
en voort heele huijs door, hebbe van booven inde kap vande
toorens Eerst aengesteecken Ent so voort afgebrant
ock al de huijse vant voorburch daer van niets is
gebleefve alst hondenhuijs, en al de muere vant
booven huijs met de toorns staen noch, het geboomte omt huijs
met de hoofve schrijft hij niet beschadicht te sijn,
de heer almachtich wilter vergeefve, [de sekreetaris]
Intendant Louis Robert
De secretaris heeft keurig Margaretha’s opdracht uitgevoerd en is met Margaretha’s wensen, verzoeken en eisen naar de intendant van Utrecht gegaan, Louis Robert. Hij kwam helaas van een koude kermis thuis. Tijdens het gesprek is de aap uit de mouw gekomen. Het gaat niet om aanwezigheid of om geld, het gaat om wraak. De Fransen weten dondersgoed dat Godard Adriaan aan het hof van de Keurvorst van Brandenburg zit en dat is ze een doorn in het oog. Want, zoals de intendant het verwoordt, Godard Adriaan hitst bij de Keurvorst de Duitse vorsten op tegen zijn Koning, Lodewijk XIV.
Een edelman heeft tegen de secretaris gezegd, dat hij hoopte dat met de brand de bitterheid van de intendant gekoeld zou zijn. Dat hoopt Margaretha ook, want ze wenst niemand toe wat haar gebeurd is. Ze maakt zich vooral zorgen over het huis Middachten van haar zoon en schoondochter. Intendant Louis Robert blijkt op weg te zijn naar Gelderland.
de heer almachtich wilter vergeefve, de sekreetaris
schrijft den intendant volgens mijn schrijfve gesproo
=cke te hebbe en 14 dage wtstel versocht waernaer
hij niet wilde luijsteren ock dat ick beesich was het
gelt bij Een en daer te krijge het welcke niet kost
helpen, hij seijde het so seer niet was om uhEd apsensi
of wan betaeline vande kontreebuijsie, als alleen
om dat ch uhEd bij den heere keurvorst is en de
duijtse vorste teegens sijn koninck ophitste, hij schrijft
ock datter Een frans Edelman hem geseijt heeft
dat met het brande van ons huijs haer bitterheijt
nu gekoelt is, het welcke de groote godt wil geefve
op dat
allandere van diergelijcke ongelucke mooge
bevrijt sijn, en insonderheijt onse kindere den inten
dant is naer gelderlant vrees hij daer ock niet
te vergeefe sal sijn, sij wille voort huijs te
Middachte 5000f hebbe en voorde bosse saemen
het welcke hij liefver sulle geefven alst laeten
ruijwineere, maer waer sullen sijt gelt haelle,
Ondersteboven staat een aantekening over een schuld die Margaretha afbetaald heeft: 532 gulden en 10 stuivers aan Johan van Reede van Renswoude voor zijn dochter.
Redden wat er te redden valt
En weer gaat Margaretha gelijk allemaal praktische dingen regelen. Ze stuurt de secretaris nu met een opdracht naar Amerongen. Ze wil graag dat de muren die nog overeind staan gestut worden en dat al het (herbruikbare!) ijzer en lood verzameld wordt.
ick heb de seekreetaris geschreefve dat sijn vader die
in den hoofeniers huijs getrocke is sal laeten sien of
hij de muere vande huijse die noch sonder Eenige reete2Reet: Spleet, scheur
over Ent staen kan laete onder schoore of stutte op
dat die niet om veer valle en dat hijt alt ijser
ent loot bij Een laet raepen so veel hij kan, [den]
Acte van garantie
Margaretha’s grootste zorg blijft of er inderdaad een vergoeding komt voor het afbranden van het huis. De Raadpensionaris wil niet dat ze een memorie schrijft naar de Staten Generaal, maar dat ze dat pas doet als hij het zegt. Margaretha zegt het niet met zo veel worden, maar ze vertrouwt hem kennelijk niet meer zo. Haar conclusie: het gaat waarschijnlijk lang duren. Het zou misschien helpen als Godard Adriaan thuis zal zijn, al was het maar alleen daarom…
De Raadpensionaris zegt dat hij de brief waarin Godard Adriaan vraagt om thuis te mogen komen, niet gehad heeft. En dat terwijl Margaretha gehoopt had dat Godard Adriaan met Waldeck naar huis had kunnen komen. Die is thuis gekomen en inmiddels alweer in alle stilte vertrokken. Niemand weet waarheen.
[sijn,] en den heer griffier fagel3Griffier Hendrik Fagel die aengenoome
had den heere r p fagel4Raadspensionaris Gaspard Fagel wt mijne naem hier
van5Over het memorie over de acte van garantie te spreecke heeft geseijt den voornoemde
r p goet vont en mij rade alsnoch hier over
geen memoorije aenden staet over te geefve
maer dat ick soude daer meede wachte tot dat
hij mij sou laete segge of naerder spreecke, wat
reeden hij daertoe heeft weet ick niet, vreese
de vergoedine van onse schade vrij wat lansaem bij sal
koome tensij uhEd preesensie dat te weege koste bre
=nge daer om ick te meer naer deselfs overkomste
verlange, den griffier fagel seijt dien brief van
uhEd waer in deselfve aenden staet versoeckt
demissie te hebbe om thuijs te mooge koome, niet
ontfange te hebbe, ick hadt anders al gehoopt
deselfve met den graef van waldijck6Georg Frederik van Waldeck-Eisenberg weerom
sout gekoomen sijn, [hier sijn al Eergistere merge]
Meelezers
Waar Margaretha zich zorgen maakt over meelezers bij de brieven tussen haar en haar man, put ze vrijelijk uit de brieven van anderen. Otto van Schwerin (minister van de Keurvorst) zou aan de Markies van Grana geschreven hebben dat troepen van de Keurvorst en de Keizer Münster hebben ingenomen. Daarom was iedereen blij en vierde feest. Toen er geen nieuwe informatie kwam, liet iedereen het hoofd hangen.
Na nog een paar losse opmerkingen over baantjes die zijn uitgedeeld is het blad vol en sluit ze af. Heel snel krabbelt ze in de kantlijn nog even het kattenbelletje over het betalen van het geld aan Johan van Reede van Renswoude.